Oud-archief van de
Protestantse Kerk van Antwerpen (1815-1918)
In 1963 heeft dr.
A. de Groot het oud-archief van de Protestantse Gemeente van
Antwerpen verzameld, geklasseerd en geïnventariseerd. Een nog
lang niet ontgonnen Fundgrube. Hieronder treft u zijn inleiding
op de archivering/inventarisering aan en de inventaris zelf
(gescand, OCR) en indien nodig geannoteerd (ge-updated - middels
voetnoten door Dick Wursten).
---
TITELBLAD
Inventaris van het oud-archief
van der protestantse kerk van Antwerpen
Lange Winkelstraat 5
1815 -1918
Verslag
van de inventarisatie
Inleiding
over de Prot. Kerk te Antwerpen 1815 -1918
Inventaris:
[1]
A
Protestantse Kerk van Antwerpen (1815-1873) :
bevat
Nederlandse Hervormde Kerk (1815-1830)
De
Nederlands/Frans/Duitse gemeente (1830-1873)
[2]
B
Protestantse Kerk van Antwerpen (1873-1918):De
gemeenschappelijke colleges
C. Protestantse Kerk van
Antwerpen –
Nederlandstalige sectie (1873-1918)
D. Protestantse Kerk van
Antwerpen –
Duitstalige sectie (1873-1918):
Deutsche
Evangelische-Protestantische Kirche
E. Tweede
Duitse Protestantse Kerk van Antwerpen –
Christuskirche (1878-1918): (Zweite) Deutsche
Evangelisch-Protestantische Gemeinde zu Antwerpen.[3]
F.
Duitse kolonie Antwerpen - verenigingsleven (voor het jaar
1918)
---
Verslag
van de inventarisatie van de archieven, die in het bezit zijn
van de Prot. Kerk van Antwerpen, Lange Winkelstraat 5
door Dr A. de Groot, Brasschaat
De archieven die ik heb
aangetroffen in de kosterij, de consistoriekamer en het
jeugdlokaal van de kerk, waren toen ik met de inventarisatie
begon (eind 1962) voor een groot deel in wanorde. Voor de
kerkelijke administratie waren de registers van doop, huwelijk
enz. apart gelegd. In de brandkast van de consistorie bevonden
zich enkele van de oudste documenten en oude jaargangen van 'De
Kerkbode’. Maar het meeste lag door elkaar,al waren de stukken
en boeken zelf niet in een slechte conditie.
In bepaalde perioden bleken de
archieven wel te zijn geordend: Ds Stoop (1841-1849), Ds Seitz
(1877-1899) en Ds Eichler (1899-1918) hebben hieraan veel zorg
besteed. Bovendien heeft Ds De Haan(1924-1957) de
archivalia,vooral de financiële bescheiden, zorgvuldig bewaard,
zij het zonder bepaald systeem. Later is allerlei weer door
elkaar geraakt.
Mijn eerste taak bestond erin
door de oude reglementen een overzicht te krij~gen van de
ontwikkeling van de gemeente. Voorts moest een voorlopig
overzicht worden gemaakt van het aanwezige materiaal. Dit
laatste werd wel bemoeilijkt, doordat tweemaal over, nadat ik
reeds meende een begin te kunnen maken met de definitieve
ordening, nieuw materiaal werd aangedragen !
De oudste gegevens betreffen het
jaar 1815. Als terminus ad quem heb ik genomen het jaar
1918. De nederlaag van Duitsland betekende voor de Duitse
gemeente in de L.Winkelstraat het einde. Daardoor verviel ook de
opperkerkeraad, en kreeg de Nederl. gemeente het gehele bestuur
en beheer te dragen. Bovendien begon ze toen ook in ander
opzicht een nieuwe periode; aan de lange vacature Daran (in 1914
vertrokken) kwam een eind door de beroeping van Ds Barger
(1920). Ook de Tweede Duitse gemeente verdween in 1918 van het
toneel.
De ambtsperiode van Ds De Haan
heb ik dus niet bij de inventarisatie betrokken. Eensdeels
worden uit die tijd enkele boeken nog steeds gebruikt; opbergen
in het archiefdepot is nu niet practisch. Andersdeels heb ik
niet de schijn op mij willen laden, dat ik me wilde bemoeien met
de vele kwesties die tijdens de lange ambtsperiode De Haan in
Antwerpen zijn voorgevallen en waarvan vele dramatis personae
nog onder ons leven. Aan ten andere kracht voor later de taak
deze periode te inventariseren, al zou ik willen adviseren reeds
nu de stukken bijeen te brengen en in te schrijven.
Het bleek,dat op genoemde
plaatsen verschillende archieven bijeengebracht waren.
Allereerst het archief van de gecombineerde
Nederlands-Frans-Duitse gemeente van voor 1873 (=A). Hierbij ook
de archieven van kerkelijke of semi-kerkelijke instellingen als
de prot. scholen.
Van na 1873 zijn aanwezig de
archivalia. van de opperkerkeraad en raad van beheer(de
gemeenschappelijke colleges, =B); van de Nederlandse sectie (=C)
(en van de Duitse (=D), zowel als van sommige van hun
instellingen. Ook het archief van de Tweede Duitse gemeente, de
Christuskirche, is naar de Lange Winkelstraat gebracht (= E).
Tenslotte treft men allerlei bescheiden aan, die betrekking
hebben op het Duitse verenigingsleven van voor 1918 (=F), zonder
dat men hier van archief in de eigenlijke zin des woords kan
spreken.
Bij de inventarisatie heb ik als
leidraad gebruikt het Handboek van Muller, Feith en Fruin
(Belgische bewerking van Cuvelier, 1911). Daaruit heb ik een
kleine brochure samengesteld voor de Vlaamse Regionale Raad, dat
mag dienen als een verantwoording van de wijze van mijn
inventarisatie.
Uit sommige perioden zijn helaas
aanzienlijk minder stukken aanwezig dan uit andere. Men zou
navraag moeten doen naar
-2-
wat is verdwenen! Aan de andere
kant hebben de predikanten Seitz en Eichler ons zelfs de
kleinste kladjes nagelaten. Twee dossiers bleken afkomstig van
de heren Böcking en Pijl, ze hebben betrekking op de eerste twee
decennia van deze eeuw. Daar deze heren in ver schillende
besturen tegelijk zitting hadden, is er in hun dossiers zeer
verschillend materiaal aanwezig, en dit maakt splitsing ervan
noodzakelijk. Alleen heeft me daartoe de tijd ontbroken .
Predikanten zijn steeds
beschouwd als ambtelijke personen en derhalve zijn de papieren
die ze ons hebben nagelaten, gerangschikt bij de archieven van
de bestuurscolleges die ze hebben gediend, ook als het
ambtelijke niet duidelijk mocht spreken uit hun stukken.
Boeken en brochures heb ik apart
gezet. Het zijn grotendeels reglementen der gemeenten, verslagen
en rapporten. Synodale verslagen en geschriften van algemeen
belang heb ik mogen overbrengen naar de Bibliotheek van de
Vereniging voor de Geschiedenis van het Belgische protestantisme
te Brussel (Terkamerenlaan 32) . Dit is een centraal adres. In
Antwerpen zou men moeten trachten een collectie te vormen van
wat door de Antwerpse predikanten is geschreven (al is dat niet
veel, het is toch de moeite waard). De volledige collectie
jaargangen van "De Kerkbode” is hoogst belangrijk materiaal.
Indien over de desbetreffende
jaren de kasboeken of afrekeningen aanwezig waren, zijn de
kasstukken die vaak enorme stapels vormden, vernietigd. Een
uitzondering is gemaakt voor die van de eerste 30 jaren,
curiositeitshalve.
Volgens genoemde handleiding is
het toegelaten, die boeken of documenten, die men nog bij de
hand wil hebben, op oen aparte plaats te bewaren, zo ook die
stukken die; men om reden van veiligheid in de brandkast wil
hebben. De systematische orde, die deze inventaris volgt,kan dus
bij het opbergen doorbroken worden, mits men in bet
archiefexemplaar van de inventaris de opbergplaats heeft
aangegeven.
Men mag deze inventaris als
voorlopig beschouwen. Enkele details zouden zeker nog eens
moeten worden bezien.
Mijn welgemeend advies aan de
kerkeraad is, de hier beschreven archieven, die samen een rijke
collectie vormen, - misschien de rijkste van de Vlaamse
protestantse gemeenten! -, op één plaats bijeen te houden en met
de grootste zorg te bewaren. Hopelijk kan na verbouwing van de
pastorie en de gemeentelokalen daarvoor een geschikte kast
worden aangebracht. Met dankbaarheid heb ik vernomen, dat de
kerkeraad reeds heeft besloten een archivaris aan te stellen.
Bij het einde van mijn
inventarisatiewerk wil ik graag de heer en mevrouw Van Looy
danken voor hun gastvrijheid en hulpvaardigheid. Ook Ds Da Costa
ben ik erkentelijk voor zijn begrip en medewerking, niet minder
de Kerkeraad en de Raad van Beheer. In het bijzonder een woord
van dank aan de Directie der Culturele Betrekkingen van het
Ministerie van Nationale Opvoeding en Kultuur te Brussel, zowel
als aan de Afdeling Internationale Culturele Betrekkingen van
het Ministerie van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen te
's-Gravenhage. De studiebeurs,die deze instellingen me zo royaal
hebben willen verlenen, heeft het me mogelijk gemaakt aan deze
inventarisatie zoveel tijd te besteden.
Van nabij heb ik getuige kunnen
zijn van wat er op ons kerkelijk erf in de afgelopen eeuw is
gebeur d, veel meer dan men oppervlakkig zou denken. Als deze
inventarisatie misschien bij iemand de lust mag opwekken 9 zich
in dit nabije verleden te verdiepen, is een belangrijk doel van
dit archiefwerk gediend.
1 augustus 1963
-3-
INLEIDING
De Protestantse Kerken te
Antwerpen, Lange Winkelstraat, 5 en Bexstraat 9, in de periode
1815-1918
Nadat de Antwerpse protestantse
schuilkerk "De Brabantse Olijfberg” in de Franse tijd in de
anonimiteit was ondergegaan - haar historie is beschreven door
Dr Du Buy in 1960 - werden er sedert 1815 weer protestantse
diensten gehouden, in de kerk op het kasteel, voornamelijk eerst
voor het garnizoen. In 1816 verkreeg de protestantse gemeenschap
de zgn. Huidevetterskapel . In 1821 kon de voormalige
kloosterkerk der Annunciaden in de L.Winkelstraat in gebruik
worden genomen en tot heden is hier het adres van Prot.Kerk,die
zich beschouwt als de voortzetting van de voormalige "Brabantse
Olijfberg" uit de hervormingseeuw.
Van 1815 -1830 maakte deze kerk
deel uit van de Hervormde Kerk in het Koninkrijk der
Nederlanden, classis Brussel. Ze werd en wordt nog bestuurd op
de wijze der hervormde gemeenten. Een kerkeraad staat aan het
hoofd der gemeente (=parochie), geleid door de (eerste )
predikant , terwijl uit de gemeente worden gekozen de
ouderlingen: voor de geestelijke belangen en de diakenen voor
armenzorg. Een kerkfabriek of kerkvoogdij (Conseil d
'administration, raad van beheer) is belast met de
administratie en het beheer der goederen, de wedden enz. ( A 4
k)
De gemeente
telde in deze jaren ongeveer 1500 zielen, waaronder enkele
Franstalige en 1/10 Duitsers. Haar eerste predikant Winckel[4]
was oorspronkelijk de Antwerpse protestantse
garnizoenspredikant. Het bleek gewenst dat leden, die ertoe in
staat waren, vrijwillig bijdroegen in de kosten van de eredienst
( A 13 d ).
In het
zelfstandig geworden België bleven de protestantse gemeenten
zonder onderling verband voortbestaan, wel sterk gedund door het
vertrek der Nederlanders. We behoeven voor Antwerpen dit jaar
niet aan te merken als begin van een nieuwe administratieve
periode:, ook al hebben de kerkdiensten een tijd stil gestaan en
duurde het tot 1833, voordat de gemeente weer oen predikant had
,Ds Spoerlein,die in 1833 voor de Duitsers en Franstalige werd
beroepen.[5]
De Nederlandstalige kregen pas in 1841 weer een eigen herder en
leraar (Ds Stoop), in die lange tussentijd was Ds Goedkoop van
Gent voor hen consulent (A 4 g).
In 1839
stichtton de weinige Belgische protestantse gemeenten de
Union des Eglises Evangéliques protestantes waaraan
onmiddellijk zich de Antwerpse kerk heeft aangesloten (A 4 a en
k). Deze Bond van Kerken liet de lidkerken zelfstandig,
behartigde alleen de vertegenwoordig bij de Belgische Staat en
de onderlinge betrekkingen. Ze heet thans, na reorganisatie,
sedert enkele jaren Protestants Evangelische Kerk van België.[6]
De betrekkingen met de locale,
provinciale en nationale overheden vindt men duidelijk
weerspiegeld in de bundels correspondentie uit ons archief ( A4
b,c,d en k) . Doordat de Staat de Union erkende met de bij haar
aangesloten kerken kreeg ook Antwerpen voortaan een geregelde
subsidie van overheidswege; voordien waren deze financiële
verplichtingen slechts gebrekkig geregeld . Vanzelfsprekend werd
van de raad van beheer nauwkeurig financieel beleid gevraagd (A
12).
Het aandeel der Duitsers in de
gemeente groeide na 1830 gestadig. Daardoor kon de kerk zich
goed ontwikkelen,op financieel gebied. Uit de dossiers van
brieven met sollicitaties blijkt wel, dat Antwerpen voor Duitse
en Nederlandse predikanten een geliefd oord was ( A 4 i) . In
1835
werd een Maison de
Bienfaisance opgericht, althans in theorie (A 15 ), omdat
men de moeilijkheden waaraan protestanten soms in de hospitalen
bloot stonden ( A 4 e) voortaan wilde voorkomen.
-4-
In 1841
werd een Duitse lagere school gesticht, op initiatief van Ds
Spoerlein , die weldra zo groeide dat achter de kerk een
schoolgebouw werd gezet (1852)[7].
Daarnaast hebben er sedert de jaren ’20 diaconiescholen bestaan.
In 1876 ontstond uit de eerst meer protestants gehouden Duitse
school de “Allgemeine Deutsche Schule” (A 16, B 11 en
12,F 4 ).
Een tijdlang was er binnen het
Antwerpse protestantisme vooral onder de Nederlanders
belangstelling voor ‘Nederlands Mettray’ (vereniging voor
verwaarloosde jongens - A 17).
In 1873 kwam een ingrijpende
reorganisatie in de gemeente tot stand,niet zonder lange en
moeilijke besprekingen ( A 3 g); geleidelijk waren de
Duitstalige en de Nederlandstalige protestanten uit elkaar
gegroeid, zodat aanpassing van bestuur en beheer aan deze nieuwe
toestanden wenselijk was geworden. Er ontstonden nu twee aparte
secties, de Duitse en de Nederlands-Vlaamse (deze laatste
behartigde ook de Franstalige belangen). Elke sectie had nu een
eigen kerkeraad (Conseil presbytéral, Kirchenvorstand)
en diaconie. Gezamenlijke belangen, de vertegenwoordiging bij de
Synode en de staat werden toevertrouwd aan een Opperkerkeraad (Consistoire,
Konsistorium) met Raad van Beheer (Conseil
d'Administration, Verwaltungsrat); de beide secties werden
hierin gelijkelijk vertegenwoordigd. De Franse diensten zijn dan
al gereduceerd tot een of tweemaal per maand (B 13) . Elke
sectie had haar eigen rekening; daaruit werd tegenover de staat
een gezamenlijke rekening samengesteld (B 10)
De Duitse
gemeente, ook Reformationskirche genoemd[8]
ter
onderscheiding van de 2e Duitse zogen. Christuskirche,
had op het eind der eeuw en tot de 1e wereldoorlog de meeste
leden en voerde in allerlei zaken dan ook de boventoon , bijv.
de restauratie van het kerkgebouw (B 8 a,b,c ) en bjj de
ontvangst van de Synode in 1909 ( D 3 o ). De Duitse pastorie
was gevestigd Quinten Matsyslei 12 en op nr 15 was een
verenigingsgebouw gesticht ( D 3 n ). Mevrouw Bunge had in 1860
een Evangelisch-prot. Frauenverein gesticht, die zich in
hoofdzaak wijdde aan het "Haus der Barmherzigkeit für
verwaiste und verwahrloste Mädchen” (gesticht 1868, later in
de L. Lozanastraat) ( D 8 g ) . Op initiatief van Ds Seitz
ontstond daarnaast de "Deutscher Frauen- und Jungfrauenverein“
in 1881 , die in nauwe samenwerking met de predikant en de
diakonie door haar gemeentezusters bijzonder veel heeft
gepresteerd op diakonaal en sociaal gebied. Voor deze vereniging
was het huis in de Paleisstraat (D 8 a-f ). Over de Duitse
diakonie licht ons uitvoerig in de collectie brieven van Ds
Seitz aan de diakonie ( D 6 c ) en het dossier van Ds Eichler
hieromtrent ( D 3 q ). De Duitse Evang. Volksschool (eertijds de
diaconieschool) was, nadat in 1904 de Nederl. diakonieschool was
opgeheven ( B 11, 12 ), op het terrein van de kerk nu de enige
school en kon zich tot de oorlog nog voortdurend uitbreiden ( D
9 ). Naast de ingang van de kerk werd op de hoek van de Kl.
Kauwenberg een huis voor ouden van dagen ingericht (in 1906),
eigendom van de heer Böcking ( D 7 b ). Wel had deze Duitse
gemeente de officiële band met de Bond van Kerken en de Synode
steeds loyaal aangehouden (ook bijv. inzake
predikantenconferenties - D 3 o - of het Synodale Evangelisatie
comité - D 3 p ), maar het bleef een Duitse kerk en in de
wereldoorlog was het duidelijk waarheen haar sympathie uitging (
D 3 t ), ook al waren er Belgisch-gezinden onder haar leden. In
1918 voor zag men al spoedig het einde ( D 3 r ).
Doordat de
in 1877 geïnstalleerde predikant Seitz vrijzinnig[9]
was, zocht het meer rechtzinnig deel reeds het volgend jaar
gelegenheid voor eigen kerkdiensten,hetgeen resulteerde in 1879
in de stichting van een zelfstandige gemeente, de tweede Duitse
of Christuskirche[10].
Na enige tijd ontstonden wel contacten met de L.Winkelstraat,
bijv. t.g.v. de Duitse nationale feestdagen en inzake de school
( D 3 h ), maar de eerste gemeente bleef overwegend vrijzinnig
(ook onder Ds Eichler), de tweede onder haar predikanten Meyer
en Frick rechtzinnig.[11]
- 5 -
De Christuskirche sloot zich in
1889 aan bij de Bond van Kerken. Ze werd in 1890 erkend. Daar er
zeer rijke families tot deze gemeente behoorden, kon
betrekkelijk snel een eigen kerk worden gebouwd annex pastorie,
kosterij en sociaal centrum, 1893, naast de Vlaamse Belgische
Zendingskerk, in de Bexstraat 7 - 11. Ook in deze gemeente
treffen we aan een kerkeraad, diakonie en beheerraad.
In de loop
van 1918 nam ds. Frick van de Christuskirche zijn ontslag, na
onverkwikkelijke moeilijkheden met zijn kerkeraad.[12]
November van dat jaar vertrekt ook Ds Eichler. De overgrote
meerderheid van de beide Duitse gemeenten verdwijnt met hen,
alleen de Belgisch genaturalizeerden blijven. De Nederlandse
Hervormde gemeente van de L.Winkelstraat neemt dan de gehele
leiding van de kerk in handen en krijgt straks de gebouwen van
de Bexstraat 7-11 in beheer, later in eigendom.[13]
In het verenigingsleven van de
eens zo bloeiende Duitse kolonie te Antwerpen traden natuurlijk
ook vele leden van de twee genoemde protestantse gemeenten op de
voorgrond. Een "Evang.Verein Junger Männer " werd door Ds
Eichler opgericht F 1 b ), als liberale pendant van de Union
chrét. de jeunes gens ( F 1 a ). In 1880 ontstond door het
initiatief van Ds Seitz de „Allgemeine Deutsche Verein
Germania" te Antwerpen ( F 6 ) met zijn huis in de
L.Winkelstraat 42 (sedert 1883). Ds H. Meyer was de ziel van de
„Evangelisches Hilfskomitee für Deutsche Seeleute“ met
eigen zeemanspredikant. Daarnaast bestond een algemene
"Verein für Deutsche Seeleute”( F 3 ) Nauwe samenwerking was
er tussen de protestantse Duitse gemeententen de "Allgemeine
Deutsche Schule” in de Quellinstraat ( F 4, ook D 12:
Religionsunterricht; en D 5 ) . In de eerste wereldoorlog
ontwikkelde de Duitse kolonie grote hulpactiviteiten ( F 5 )
Lijst van predikanten
1815-1918
L a n g e W i
n k e l s t r a a t |
|
Duits |
Frans |
Nederlands |
|
O n d e r é
é n k e r k e r a a d : 1815 – 1873
|
N E D E R L A N S
E T I J D |
[C.P. Winckel] |
|
C.P. Winckel (1816-1827 |
|
D.F. Franck (1827-1829) |
P.
J. J. Mounier (1827-1830) |
|
|
|
W.F.C. v Laak (1830)
P.J. Marcus (1830) |
|
B E L G I S C H E
T I J D |
|
Duits |
Frans |
Nederlands |
|
S. Spoerlein 1833-1876 |
|
|
|
|
J.A. Stoop (1841-1849) |
|
|
T.R.J. Stockfeld (1849-1852) |
|
|
J.B. van Waning Bolt (1852-1862) |
|
|
|
H.F.W. van Straaten (1863-1872) |
|
|
|
E.J. Wisselingh (1872-1878 |
|
O n d e r t
w e e k e r k e r a d e n : 1873 – 1918
met o p p e r k e r k e r a a d |
1879: oprichting
Christuskirche |
Duits |
Frans |
Nederlands |
Duits |
J. Seitz (1877-1899 |
|
C.J. Wagener (1879-1904) |
H. Meyer (1879-1911) |
|
|
A. Daran (1905-1914) |
|
P. Eichler (1899-1918) |
|
[hulppredikant: J.W. Schutte] |
F. Frick (1911-1918) |
|
|
|
|
[wat volgt is in het
orgineel: De Groot pp 6-15)
I N V E N T A R I S
(archief Lange Winkelstraat 5)
A Protestantse Kerk van Antwerpen
1815-1873
K e r k e r a a d
1 Notulen van de
vergaderingen
a. 1820 - 1826 (boek)
b. 1826 - 1831 “
c. 1832 - 1833 “
d. 1833 – 1841 “
e. 1842 – 1861 “
f. 1861 – 1873 “
g. Reorganisatie-bescheiden
1873- 1876 (dossier)
h. Aantekeningen uit/ betr.
de notulen (dossier)
2. Registers van
ambtelijke handelingen en ledenlijsten
Doop (boeken)
a. Doop/Baptême/Taufe 1815 -
1853
b. idem, copie van a, 1833 –
1853
c. Taufe 1853 - 1877 /
Baptêmes 1853 - 1876 /Doop 1853 - 1860
d. Doop 1853 - 1888
(gedeeltelijke copie van c)
e. Doop 1863 - 1865/
Huwelijk 1853 - 1865/Aanneming 1863 - 1865
Huwelijk (boeken)
f. Huwelijk / Mariages/
Trauungen 1815 - 1881/1883 Lidmaten 1816 – 1830
g. Huwelijk/ Mariages/
Trauungen 1833 - 1878 ( van 1833 - 1866 copie van f )
h. Huwelijk 1853 - 1888 (zie
ook e )
Lidmaten (boeken)
i.
Lidmaten/Recipiendaires/Konfirmanden 1833 – 1873 / Lidmaten
1873 - 1944 ( gedeeltelijk copie van j) (zie ook e)
(Lidmaten 1815 - 1830 zie
f.; Konfirmanden 1863-1918 zie D 2 b)
Ledenlijsten
j. Leden/Membres/Mitglieder
(alfabetisch) (1833) - (1850) (boek)
k. Familienbuch ( 1850) -
1877
l. Leden/ Membres 1864
(boek)
m. Leden/Membres 1864 - (
1922 ) (voor 1864 copie van 1 ) (boek)
n. Membres de la
communauté et du consistoire; listes de souscription (bundel
)
o. Lidmaten,
leden/Recipiendaires,membres/ Konfirmanden Mitglieder (1826
)- (1872) (Boek)
p. Lijsten van namen en
adressen (bundel)
Correspondentie
3 .
Verzonden
a . Copieboek 1817 - 1840
b “ 1840 -
1868 (met 1873)
c. “ 1868 -
1878
d. Bundel
4.
Ontvangen
(oorspronkelijk dossiers van
Ds Stoop, uitgegroeid tot bundels)
a. Lettres du
Synode (et pièces concernant l 'érection de l’Union des
Eglises 1832 - 1839 )
b. Lettres
ministérielles
c. Lettres du
Gouverneur de la province d’Anvers
d. Lettres du
Bourgmestre et des échevins d’Anvers
e. Affaire d
'hôpitaux
f. Acceptation ou
démission des membres du consistoire etc.
g. Lettres de
M.Goedkoop de Gand 1832 o 1841
h. Affaire E.G.
Grüning 1833
i. Vacances de la
place du 1. et du 2. pasteur,
1833,
1841,
1852 et 1949
j. Demandes en
secours; différents sujets
k. Pièces
d'administration (twee ingenaaide dossiers)
1 . 1815 - 1830
2 . 1831 - 1865
l. Livre de copie
des circulaires, dépêches ministérielles et autres pièces
qui ont étés communiquées au Consistoire et dont le
Consistoire n ' est pas en possession 1845 – 1848
Attestaties
m. 1790 - 1850 Nederlandse
sectie
n. 1851 - 873
”
o. 1815 - 1873 Duitse sectie
D i a k o n i
e
5 Notulen van de
vergaderingen
(a. ontbreekt ; pro memorie
)
b. 1824 -1828 (boek)
c 1828 - 1830 “
d. 1833- 1855 “
e . 1856 -1864 “
f. Aantekeningen uit/betr.
de notulen (bundel)
(bundel)
Correspondentie
verzonden
a. Copieboek 1833 - 1863
Ontvangen
b. (Bundel)
c . (Bundel)
6??
7. Kas
a. Kasboek (1817-1820)
b. “ (1820-1830)
c. “ (1830-1846)
d. “ (1847-1873)
e. Jaarlijkse rekeningen met
kasstukken 1822 - 1846 (doss.)
f. “
“ 1847-1872 (doss.)
g. Boek van bedelingen
8. Verschillende
diaconale bescheiden ( dossier)
K e r k v o o g d i j
9. Notulen van de
vergaderingen
a. 1820 - 1842 (boek)
10. Correspondentie
a. Ontvangen 1819 - 1848
(ook betr. kerkeraad) (boek)
b. Verzonden ( bundel )
c. Ontvangen ( bundel )
d. Rapporten en andere
documenten
11 Kas
a. Kasboek 1818 - 1870
b 1866
- 1873
c. 1872
- 1878
d. Kasstukken 1821 - 1840 :
5 mappen (bundels)
12. Begrotingen en
jaarrekeningen 1816 - 1872 (niet volledig)
( bundel )
13. Verschillende
zaken (bundels)
a. Zitplaatsenverhuur
b. Orgel
c. Herstellingen aan het
kerkgebouw
d. Contribuanten 1823 - 1829
14.
15 . M a i s o n d
e B i e n f a i s a n c e
a. Copieboek 1836 - 1866
b. Correspondentie ( bundel)
c. Kasboek 1835 - 1873
d. Financiële bescheiden (
bundel)
16. P r o
t e s t a n t s e s c h o 1 e n
a. Procès-Verbaux
des séances de la commission directrice des écoles
protestantes à Anvers 1856 - 1865
b - f bundels
correspondentie en kasstukken
17.
N e d . M e t t r a y , a f d .
A n t w e r p e n
Bundel met
verschillende stukken
18. G e d
r u k t e m e d e d e 1 i n g e n
(Bundel)
B Protestantse Kerk van Antwerpen - 1873-1918: De
gemeenschappelijke colleges
Opperkerkeraad (Consistoire;
Konsistorium)
1. Notulen van de
vergaderingen
a. 1873- 1915 (boek )
b. Aantekeningen uit/betr .
de notulen ; jaarberichten (bundel)
Correspondentie
2 .
Verzonden
a. Copieboek 1885 - 1896
b. Verzonden brieven,
copieën (bundel)
3.
Ontvangen
a - d Bundels ontvangen
brieven
4. Raad van
Beheer (Conseil d 'Administration, Verwaltungsrat)
5. Notulen van de
ver gaderingen
a . 1876 - 1897 (boek )
(b. 1879 - 1922 ontbreekt ;
was aanwezig onder de papieren die secretaris Verhoef van
zijn voorganger heeft overgenomen in 1922 - zie copie brief
aan de heer Hubregts van 15 mei 1922 )
Correspondentie ( noot:
zie ook de bundels correspondentie Böcking, D 4, vrz v.d.
Beheerraad: en het dossier Pijl, C 3 f, secr. v.d.
Beheerraad)
6 .
Verzonden
a - d Bundels
7.
Ontvangen
a . Van de staat, de
provincie en de stad (bundel)
b. andere ontvangen brieven
(bundel)
8. a . Betreffende
herstellingen en restauratie van het kerkgebouw 1900 - 1909
(bundel)
b. Orgelbouw ( bundel)
c. Inwijding van het
vernieuwde kerkgebouw 1909 (dossier)
9. Kas ( zie kasboek
1872 – 1878, A 11 c )
a - c Bundels me t kass
tukken en financiële papieren
d. Verschillende financiële
documenten
10. Begrotingen en
jaarrekeningen 1872 - 1918 (bundels) niet compleet)
Scholen
11. Correspondenti e
a. copieboek 1874 - 1897
b. Bundels brieven
12. Kasboek 1867 -
1897
13. Culte Français
(Bundel met gedrukte
stukken)
C. Protestantse Kerk van Antwerpen -
Nederlandstalige sectie 1873-1918
K e r k e r a a d
1 Notule n van de
vergaderingen
a. 1873 - 1913 (met
vergaderingen der leden der gemeente ) (1913 - 1929 zie G.)
b. aantekeningen uit/betr.
de notulen; jaarberichten(doss.)
2. Registers van
ambtelijke handelingen
Doop
( tot 1888: zie A 2 d )
( a . 1888 -
1905 ontbreekt ; pro memorie )
(1905 tot heden: zie G. )
Aannemen (= aanneming tot
lidmaat: belijdenis)
(zie A 2 i : lidmaten 1833-
1944; en A 2 m: 1864- 1922)
Ledenlijsten
b. 1873 - 1877 (met index
volgens huis en straat) (boek)
c. 1907 - 1914 (boek )
d . bundel ledenlijsten
Huwelijk
e. 1873 - 1923 (boek)
3. Correspondentie
Verzonden
a. Bundel met copieën en
circulaires
Dossiers
b - d brieven betr. vacature
Van Wisselingh en beroeping Wagener, onder consulentschap
van Seitz 1878- 1879
Ontvangen
e. bundel
f. dossier Pijl 1914 - 1920
(met copieën van verzonden br.)
(ook betr. Raad van Beheer
,waarvan Pijl secr .was)
Attestat ies
g. 1873 - 1880 (bundel )
4 . Kas
a. Kasboek 1873 - 1878
b . 1914
- 920
5. D i a c o n i
e
a. Administratieboek 1909-
1930
b . Correspondentie (bundel)
c. Kasboekje 1878- 1913
d. 1902 - 1911
betr. collecten
D. Protestantse Kerk van Antwerpen - Duitstalige
sectie
1873-1918
Deutsche Evangelische-Protestantische Kirche in Antwerpen
K i r c h e n v
o r s t a n d
1 .
Protokolle der Kirchenvorstandssitzunge n
a. 1873 - 1879
(boek)
b. 1897 - 1917
(boek)
c. Tagesordnungen,
Beschlüsse der Gemeindekollegien seit 1878 (dossier- Seitz)
; betreffende: Kirchenvorstand, Diakonie,Conseil d '
Administration, Prison, Comité d ' Evangélisation,
Allgem.Deutsche Schule,Maison de Bienfaisance, en
Frauenverein - 2 delen (boek)
d. Officiële uitnodigingen
voor vergaderingen van kerkeraad en gemeente, en andere
gedrukte documenten(bundel)
e. Jaarrapporten ( 2 bundels
)
f. Kerkelijke mededelingen
(bundel)
g. Gedrukte liturgieën
2. Ambtelijke
handelingen en ledenlijsten
Doop (boeken)
( voor 1873 - 1877 zie A 2 c
)
a. 1877 - 1918
Konfirmatien (boeken)
b. 1863 - 1918
Huwelijk (boeken)
c. 1877 - 1918
(voor 1873 - 1877 zie A 2 g
)
Begraven (boek )
d. 1899 - 1 91 8
Familienbücher en
Mitgliederverzeichnisse
e. 1876 – 1899 (boek)
f. 1882 – 1899 (boek)
g.
1877 (boek)
h. 1906 - 1 908
(boek)
i. Mitglieder
verzeichnisse en Wählerliste (bundel)
j. Doop- en
huwelijksformulieren (dossier)
k. Adresboekje van
Pfr. Eichler
l. Aufnahmescheine
1906 - 1907 (bundel)
3. Correspondentie
= onder het voorzitterschap
van S . Spoerlein 1873-1876
a . Verzonden en ontvangen
brieven ( bundel )
= onder het voorzitterschap
van J. Seitz 1876- 1899
Verzonden
b. copieboek 1886 - 1888
c. " 1888 - 1890
d. " 1890 – 1895
e. bundel 1876-1899
Ontvangen
f. bundels 1 - 4 : 1876 -
1899; bundel 5: correspondentie met de Christuskirche
(dossier Seitz aangevuld); bundel 6 : Dienstsachen (dossier
Seitz)
= onder voorzitterschap van
P.Eichler (1899- 1918)
Verzonden
g. bundel 1899 - 1918
Ontvangen: dossiers van
Eichler
h. Christuskirche
i. Vertretung des
Pfarrers
j. Pfarrwahl 1899;
Bewerbungen
k. Küstersachen
1. Angelegenheit
Bruder Kloth 1912 - 1918
m. Angelegenheit
Wettstein Monaco 1908- 1909
n. Quinten
Matsyslei 15 Antwerpen
o. Synode; hierin
ook: Agendes et comptes rendus des sessions du Synode
1899-1914 ; Pastoralkonferenze 1902- 1904; Tagung de :
Synode in der Antwerpener Kirche 1909
p. Comité synodal
d'Evangélisation
q. Anfragen,
Personalien, Armenpflegesachen, Gesuche, Verschiedenos
r.
Organisationsfragen
s. Mit der
Christuskirche gemeinsam abgehaltene, und sonstige besondere
Gottesdienste
t. Verkehr mit den
deutschen Behörden
u. Verkehr mit den
belgischen Behörden
v. Allerlei
Kirchenzeugnisse
w. Bundel
4
Dossier Böcking
Diakonie en Conseil
d'Administration
a. Ontvangen brieven
b. Verzonden brieven
c. Rekeningen
Evangelische Volksschule
d. Ontvangen brieven
e. Verzonden brieven
f. Rekeningen
g. Altersheim
h. Deutsche
Kolonie
5 Kas
a. Kasboek 1873 -
1876, 1892, 1906
b. Kasboek 1916 - 1922
c. Dossier Seitz 1880 - 1891
betr. collecten
d. Dossiers
Eichler 1900 - 1918
e. Korrespondentie
Friz 1900 - 1918
f. Kassabuch der
Kirche; Diakonie; Fonds Volksschule 1916-1918
6. Diakonie
a. Gedrukte
berichten en bepalingen
b. Kopieboek 1872 - 1888
(ook van de Conseil d'Administration)
c. Correspondentie:
Ontvangen brieven 1873- 1918(3 bundels)
d. kasboek 1874 - 1887
e. Jaarrekeningen 1900- 1918
(dossier Eichler)
Rechnungswesen
1900 - 1918 (dossier Eichler)
f. Begrotingen en
budgets 1873 - 1890
7.
Sozialarbeit (dossiers Eichler) 1900-1918
a. Prison d '
Anvers
b. Altersheim
c. Davos
d. Hospitaldienst
8.
F r a u e n v e r e i n e
Deutsche
Frauenverein
a. Verwaltungs-
und Schwesternsachen ( 2 dossiers)
b.
Organisationsfragen
c. Rechnungswesen
d. Circulare,
Statute, Dienstverträge
e. Beziehungen zur
Union Internat. des amies de la jeune fille
f. Beziehungen zur
Schwesternorganisationen Vorm. Evang. Prot. Frauenverein
g. Kinderasyl
9. D e
u t s c h e E v a n g . V o l k s s c h u l e (
Diakonieschule)
a. Kopieboek
b “”
c. Kasboek 1905 - 1918
d. Korrespondentie: uitgaande brieven (bundel)
e. ontvangen brieven
(bundel)
f . Rechnungswesen
(bundel)
g. Schoolbouw
(bundel)
10.
Bibliotheek (annex:Bücherei-ausschuss der deutschen Kolonie
1914-1918 ) (dosier Eichler)
11.
Evangelisches Vereins -und Unterrichtshaus Quinten Matsyslei
15 ( dossier Eichler )
12.
Religionsunterricht (dossier Eichler )
(betreft ook de
godsdienstlessen aan de Allgemeine Deutsche Schule)
E. Tweede Duitse Protestantse Kerk van Antwerpen
-Christuskirche (1878-1918)
(Zweite) Deutsche
Evangelisch-Protestantische Gemeinde zu Antwerpen
1878-1918
K i r c h e n v o
r s t a n d
1 .
Protokollbücher der Kirchenvorstandsitzungen
a. 1879 - 1885
b. 1886 - 1896
c. 1897 - 1911
d. 1911 - 1918 (hierin
ingeplakt : kerkelijke berichten, ontvangen brieven en
copieën van verzonden brieven
e .
Gemeindeversammlungen 1879 - 19 18 (ingeplakt: berichten,
brieven)
2. Ambtelijke
handelingen en ledenlijsten (boeken)
a. 1878 - 1887 doop,
trouwen, begraven
Doop
b . 1878 - 1912 (met
Konfirmation 1880- 1911 )
c . 1913 – 1918
Konfirmation
(zie ook b: 1 880 - 1 91 1 )
d. 1913 - 1918
Huwelijk
e. 1878 - 1911 (hierin ook
Begrafenissen 1879 - 1912)
f. 1913 - 1918
Begrafeniss en
( zie ook e : 1879 - 1912 )
g. 1913 - 1918
Familienbücher en
Mitgliederverzeichnisse
h. 1878 - (1910)
i. 1878 - 1911
j. 1878 - 1911
Hospitantenliste
Gezamenlijke ambtelijke
handelingen (gedeelteljjk copie )
k . 1878 - 1890
1. 1890 - 1 897
m. 1897 - 1902
n. 1902 - 1908
o. 1908 - 1912
p . register
Correspondentie
3. Kopieboeken
a. 1879 - 1910
b. 1902 - 1910
c. 1910- 1918
d. 1903-1916
4. Ontvangen brieven
( bundel )
5. Gedrukte
mededelingen (bundel )
6. Kas
Kasboek 1912 -
1918
D i a k o n i e
7.
Protokollbuch der Sitzungen
C o n s e i l d
' A dm i n i s t r a t i o n
8 . Comptes en
Budgets (bundel)
F. Duitse kolonie Antwerpen - verenigingsleven
(voor het jaar 1918)
1. a.
Union chrétienne de jeunes gens 1900- 1918(doss.Eichler)
b. Evang.Verein
Junger Männer (liberal) 1900- 1918(“)
2.
Evangelisches Hilfskomitee für deutsche Seeleute ( “)
3. Verein
für deutsche Seeleute (“)
4.
Allgemeine Deutsche Schule (doss. Seitz )
5.
Sozialarbeit der deutschen Kolonie 1914 – 1918 (dossiers
Eichler)
a.
Lazarettausschuss
b.
Feldpostpackete-Liebeswerk
c.
Wohlfahrtsausschuss
d.
Kinderferienheim
6.
Allgemeiner Deutscher Verein Germania (bundel )
7.
Allerlei
De Groot gebruikt verschillende termen voor deze
realiteiten. Op zijn schutblad stond: A. Protestantse
Kerk 1815-1873 / B. Protestantse Kerk 1873-1918 / C.
Hervormde Gemeente 1873-1918 / D. Deutsche
Evang.Prot.Kirche 1873-1918 / E. Christuskirche
(2.Deutsche Gemeinde) 1878-1918 / F. Duitse verenigingen
voor 1918. Ik heb de vrijheid genomen deze vage termen
te vervangen door de officiële aanduidingen, die De
Groot gebruikt in de inventaris zelf en toelicht in de
historische inleiding. C. en D. zijn eigenlijk onderdeel
van B. Alle kerken hier genoemd behoorden tot de Bond
van Protestantse Evanglische Kerken in Belgie (PEKB)
waarvan de synode in 1839 door de Belgische Staat is
erkend. De zelfaanduiding varieert enorm in de loop van
de jaren. Frans, Duits en Nederlands loopt door elkaar.
Door de Hollandse kleur noemt de Nederlandstalige
afdeling zichzelf vaak Nederlandse Hervormde Kerk (of
Gemeente).
Het jaartal 1873 duidt op de kerkelijk-administratieve
splitsing van de ene kerkgemeente (met 3 talen) in twee
secties (Duitse & Nederlands/Franse).Van dan af zijn
enkel de ‘opperkerkeraad’ (Consistoire) en de
Raad van Beheer nog gezamenlijk (voertaal: Frans). Dat
De Groot de tweede Duitse gemeente soms Lutherisch
noemt ter onderscheiding van de eerste is onjuist. Ik
heb dat gecorrigeerd.
De gemeenschap noemde zichzelf in 1879 Zweite Deutsch
Evang. Prot. Gemeinde. Zij was tot 1890
onafhankelijk. Bij haar opname in de Bond van Prot. Evg.
kerken in 1890 (en daaropvolgende overheidserkenning)
werd ze gewoon de tweede vestiging van de PEKB in
Antwerpen, waar het Duits de voertaal was. De
zelfaanduiding Christuskirche komt vanwege het
kerkgebouw (1893).
Ds. Winckel was van Duitse origine.
Ds. Sebastian Spörlein, geboortig uit de Elzas
(Duits-Franstalig) was via de Duitse Kerkgemeente van
Luik naar Antwerpen gekomen.
sinds 1979: Verenigde Protestantse Kerk in België.
Het schoolonderdeel dient met voorzichtigheid gelezen te
worden. De eerste school is niet enkel Duits. En op het
moment dat de school wordt omgevormd tot Allgemeine
Deutsche Schule verhuist ze naar de Quellinstraat.
Achter de kerk blijven de gebouwen in gebruik voor een
Nederlandstalige school. In 1890 wordt daar opnieuw een
Duitse Diakonieschool aan toegevoegd, die zich in 1904
(als de Nederlandse school ophoudt te bestaan) omvormt
tot Deutsche Evangelische Volksschule. Deze kent
nog een behoorlijke groei (tot meer dan 200 leerlingen).
correctie: Deze zelf-naamgeving dateert pas uit
1913. Zie XI. Jahresbericht des
Kirchenvorstandes für das Jahr 1913)
beter: ‘liberaal’. Seitz is een representant van
de ‘Vermittlungstheologie’. ‘Vrijzinnig’ en
‘rechtzinnig’ zijn Hollandse termen voor kerkelijke
stromingen, die niet zonder meer passen bij de Duitse
situatie, laat staan bij de Belgische.
Christuskirche pas na de bouw van de kerk aan de
Bexstraat.
zie
supra over deze termen.
Dit
kan preciezer: Frick was bij het uitbreken van de oorlog
in 1914 garnizoenspredikant geworden en had Antwerpen
verlaten. Er ontstaat een felle discussie over zijn
‘standplaats’ en daarna (daarin) over zijn loyauteit aan
de Belgische leden (van Duitse origine) van de Antwerpse
Kerkgemeente. Dit escaleert in een formeel juridische
strijd over de toebehorigheid van de kerk: deel van de
Belgische Kerk (PEKB) of van de Duitse (Pruisische)
Kerk. Frick bepleitte het laatste en kon vlak voor het
einde van de oorlog zijn slag thuishalen. Inmiddels
hadden veel Belgische verwortelde leden de kerk als
verlaten en een eigen – Franstalige – kerkgemeenschap
gesticht. Zie A. Vrints, Klippen des Nationalismus.
De
term ‘eigendom’ lijkt me niet helemaal correct, maar dat
is voer voor juristen (geweest).
|